WHOA-liquidatieakkoord zonder tegenstemmende klassen wordt aangenomen

Verzoekster gaat over tot het aanbieden van een liquidatieakkoord. Alle klassen stemmen voor. Het akkoord wordt gehomologeerd.

Verzet tegen faillietverklaring door curator ongegrond

De aanvrager van het faillissement heeft geen misbruik gemaakt van zijn bevoegdheid met de aanvraag. Er was naar het oordeel van de rechtbank mogelijk actief in de vorm van een bestuurdersaansprakelijkheidsvordering. De curator is, vanwege zijn bevoegdheden, beter in staat om onderzoek te doen naar bestuurdersaansprakelijkheid en verhaalsmogelijkheden op de bestuurder.

Pensioenfonds misbruikt bevoegdheid om faillissement aan te vragen

Hoewel de vereffenaar in de nalatenschap van de dga om aanhouding heeft verzocht, zet het pensioenfonds zijn aanvraag van het faillissement van de vennootschap door. Het overgrote deel van de vordering van het pensioenfonds ziet op premieverplichtingen die zijn ontstaan nadat de werknemers bij een andere werkgever in dienst zijn getreden. De rechtbank gaat ervan uit dat het pensioenfonds door de nieuwe werkgever wordt betaald.

Obligatiehouders die privatieve last hebben verstrekt aan stichting om vordering te innen blijven schuldeiser

Het hof verklaart een vennootschap failliet op verzoek van een stichting die van 63 obligatiehouders een privatieve last heeft gekregen om hun vordering te innen. Naar het oordeel van het hof zijn de obligatiehouders schuldeiser gebleven en staat daarmee pluraliteit van schuldeisers vast.

Onbehoorlijke proceshouding pensioenfonds

Het hof overweegt dat de vordering van het pensioenfonds, dat het faillissement van een vennootschap heeft aangevraagd, is betaald zodat het faillissementsverzoek wordt afgewezen. Ten overvloede overweegt het hof dat het pensioenfonds een onbehoorlijke proceshouding heeft aangenomen door zijn vordering in eerste aanleg onvoldoende te onderbouwen en het hoger beroep door te zetten terwijl de vordering van het pensioenfonds was voldaan.

Verzettermijn is veertien dagen, ook als de bestuurder zich buiten het Rijk van Europa bevond

Op grond van artikel 8 lid 2 Fw wordt de verzettermijn verlengd tot een maand als de schuldenaar zich ten tijde van de faillietverklaring buiten het Rijk van Europa bevond. Een vennootschap was de schuldenaar, zodat het verblijf van de bestuurder in Bulgarije niet leidt tot toepassing van artikel 8 lid 2 Fw. Omdat het verzet niet binnen de termijn van veertien dagen (art. 8 lid 1 Fw) is ingesteld, verklaart de rechtbank de vennootschap niet-ontvankelijk in haar verzet.

Wens om reputatieschade door faillissement te voorkomen is op zichzelf geen geldige grond voor een WHOA-afkoelingsperiode

Een vennootschap die zich in concernverband bezighoudt met het organiseren van evenementen wil een afkoelingsperiode om te voorkomen dat zij failliet gaat terwijl de aandeelhouders het concern ontvlechten. De rechtbank wijst het verzoek om verschillende redenen af.

Wetenschap van benadeling bij rechtshandelingen van bestuurder in privé als curator een claim heeft vanwege bestuurdersaansprakelijkheid

De curator doet tegenover een bestuurder die aansprakelijk is gehouden, een beroep op artikel 3:45 BW. De rechtbank oordeelt dat rechtshandelingen van de bestuurder in privé paulianeus zijn. De bestuurder had rekening moeten houden met de faillissementen van vennootschappen waarvan hij bestuurder was en de daaruit volgende privéaansprakelijkheid.

Toewijzing exhibitievordering ex artikel 843a Rv: veroordeling curator tot verschaffen van bescheiden, vrij van versleuteling

De exhibitievordering van vier ziekenhuizen jegens de curator tot afgifte van bepaalde bescheiden wordt op grond van artikel 843a Rv toegewezen. De ziekenhuizen hebben een rechtmatig belang bij afgifte van de bescheiden, zodat zij hun rechtspositie kunnen bepalen in verband met vermeende wanprestatie en onrechtmatig handelen door de gefailleerde Pharmafilter B.V. en haar bestuurder.

Afwijzing verzoek homologatie WHOA-akkoord

Afwijzing homologatie WHOA-akkoord door een te korte stemtermijn, gebrekkige informatievoorziening aan schuldeisers, het niet opvolgen van de wettelijke rangorde en het negeren van een alternatief verzoek.