Update
Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie over de periode van 21 januari t/m 3 februari.
Graag wijzen wij u in het bijzonder op de volgende twee uitspraken:
Ontstaansmoment vordering zorgaanbieder op zorgverzekeraar
In INS 2016-0045 gaat de Rechtbank Amsterdam in op de vraag wanneer de vordering van een zorgaanbieder op een zorgverzekeraar ontstaat. De vordering van een zorgaanbieder op een zorgverzekeraar ontstaat op het moment dat de behandelingsovereenkomst tussen een patiënt en de zorgaanbieder wordt aangegaan, althans steeds op het moment dat ter uitvoering van die behandelingsovereenkomst een medische handeling wordt verricht.
De Hoge Raad specificeert het IAE/Neo-River-arrest nader
In INS 2016-0056 behandelt de Hoge Raad vragen ten aanzien van verpanding van een met zekerheden gesecureerde vordering. Na het IAE/Neo-River-arrest (HR 21 februari 2014, NJ 2015, 82) is hier en daar de vraag opgeworpen of een pandhouder op basis van dit arrest wel altijd de zekerheidsrechten kan uitoefenen die aan de aan hem verpande vordering zijn verbonden (zie onder meer de noot van Rongen in JOR 2015/20). In het onderhavige arrest neemt de Hoge Raad deze twijfel volledig weg en bevestigt hij nog eens dat verpanding van een met zekerheden gesecureerde vordering niet hetzelfde is als herverpanding.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.
Met vriendelijke groet,
Hoofdredactie INS Updates
Rolef de Weijs en Aart Jonkers
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Verkoop van percelen tegen een te lage prijs gevolgd door verrekening van de koopprijs en kwijtschelding van restant koopprijs, levert volgens het hof drie vormen van benadeling op. Hof bekrachtigt vonnis rechtbank welk vonnis in plaats treedt van akte tot teruglevering. 26-01-2016
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Aansprakelijkheid bestuurder Lexin-groep door ontbreken van administratie. Bestuurder heeft gelden onttrokken aan de boedel. De vorderingen van de curator zijn onvoldoende weersproken. 19-01-2016
- Gerechtshof Den Haag De vraag ligt voor of sprake is van borgtocht of van gewone hoofdelijkheid. Omdat de garantieovereenkomsten vermelden dat de garantie geldt 'ter meerdere zekerheid voor de betaling', wordt geoordeeld dat de schuld de garant zelf niet aangaat, en dus sprake is van borgtocht. Hoewel geen maximumbedrag is afgesproken, worden er wel een paar bedragen expliciet genoemd. Het ontbreken van een maximum betekent niet dat de hele overeenkomst van borgtocht ongeldig is (art. 7:858 BW). De contractuele rente zonder maximum kan echter niet gevorderd worden (art. 7:858 lid 2 jo. 856 BW). 19-01-2016
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch De vennootschap is in belangrijke mate gefinancierd door leningen verschaft door de echtgenote van de bestuurder. Kort voor het opleggen van een omvangrijke fiscale boete en het uitspreken van het faillissement, krijgt de echtgenote nog zekerheden en wordt zij nog betaald. De curator lijkt vast te lopen in het samenspel van verpandingen en betalingen. Rechtbank en Hof komen niet toe aan een werkelijk inhoudelijke beoordeling nu curator onvoldoende de pauliana zou hebben ingesteld tegen de verplichte verpanding, waardoor gewraakte betalingen niet benadelend zouden zijn. 19-01-2016
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Hof past de rechtsregel uit het De Lage Landen/Van Logtestijn q.q.-arrest toe (HR 16 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3023). (Vuist)pandhouder kan zich verhalen voor toekomstige vorderingen voortvloeiend uit een bestaande rechtsverhouding. 22-12-2015
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Sinds het Coface/Intergamma-arrest (HR 21 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:682) zijn een hoop arresten verschenen over de vraag wanneer een cessie- of verpandingsverbod nu goederenrechtelijke werking of slechts verbintenisrechtelijke werking heeft (zie onder meer: ECLI:NL:RBAMS:2014:3644, ECLI:NL:GHSHE:2014:2535, ECLI:NL:RBNNE:2014:5752, ECLI:NL:RBAMS:2014:8254, ECLI:NL:RBAMS:2015:879, ECLI:NL:GHAMS:2015:1290, ECLI:NL:RBMNE:2015:2742, ECLI:NL:RBOBR:2015:2179, ECLI:NL:RBOBR:2015:3337, ECLI:NL:RBAMS:2015:3658 en ECLI:NL:RBDHA:2015:13237). Het onderhavige arrest past in dit rijtje en laat zien hoe men op basis van een mooie en zuivere redenering tot de conclusie kan komen dat met een cessie- of verpandingsverbod slechts verbintenisrechtelijke werking is beoogd. 08-12-2015
- Gerechtshof Den Haag Curator persoonlijk aansprakelijk voor het niet terugboeken van onverschuldigde betalingen aan de failliete boedel (en niet reageren op de verzoeken daartoe). 01-12-2015
- Gerechtshof Den Haag Appellant komt in hoger beroep op tegen faillietverklaring, maar ook het hof meent dat van de hoofdvordering, waar weliswaar nog een procedure over loopt, en steunvorderingen summierlijk is gebleken. 23-06-2015
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag De vraag ligt voor of de garantie is afgegeven in de normale uitoefening van het beroep of bedrijf van de garant (art. 1:88 lid 3 BW). De rechtbank legt daarbij een te brede maatstaf aan, maar komt uiteindelijk toch tot de juiste conclusie dat hier geen sprake is van normale beroepsuitoefening. De echtgenoot kan vernietigen op grond van artikel 1:89 BW. 27-01-2016
- Rechtbank Rotterdam Verkoop aandelen tegen verrekening koopprijs is benadelend en paulianeus. Verweer dat aandelen zelf waardeloos zouden zijn wordt terecht verworpen. De vordering tot medewerking aan teruglevering wordt afgewezen omdat de pauliana zelf reeds relatieve nietigheid met zich brengt. 20-01-2016
- Rechtbank Rotterdam Bestuurdersaansprakelijkheid: Beklamelnorm. Niet valt in te zien hoe de (indirect) bestuurder ten tijde van het aangaan van de overeenkomst had kunnen voorzien dat de wederpartij in het kader van de uitvoering daarvan aanspraak zou maken op vergoeding van meerwerk. 06-01-2016
- Rechtbank Overijssel Bestuurdersaansprakelijkheid wegens onbehoorlijke taakvervulling gegeven nu niet is voldaan aan tijdige openbaarmaking van de jaarrekening van de vennootschap. 06-01-2016
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Het ligt op de weg van schuldenaar om maximale transparantie te betrachten omtrent zijn vermogen en inkomsten uit zijn onderneming. Waar dit niet is gebeurd, is de rechtbank van oordeel dat de wijze waarop het aangeboden akkoord tot stand is gekomen als onzorgvuldig moet worden aangemerkt. De rechtbank weigert om die reden homologatie van het akkoord. 23-12-2015
- Rechtbank Oost-Brabant Belangenafweging door de rechter-commissaris bij artikel 58 Fw overgedaan door voorzieningenrechter op grond van artikel 3:13 BW. Het belang van de pandhouder bij behoud van zijn positie als separatist dient zwaarder te wegen dan het belang van de curator om pandgoederen op te eisen en te verkopen. 21-12-2015
- Rechtbank Den Haag Geschil over overname en 'doorstart' na faillissement. Profiteren van overtreding van het geheimhoudingsbeding door ex-werknemers van failliet. 11-12-2015
- Rechtbank Noord-Holland De rechtbank past de regel uit Hansteen/Verwiel q.q. toe. De verhuurder van een later failliete huurder verrijkt zich onrechtmatig als zij posten onder de bankgarantie claimt die zij niet te vorderen had. Een contractuele boete, die op grond van het contract wel verschuldigd lijkt, mag ook niet onder de bankgarantie gebracht worden omdat het de verhuurder op het moment van verbeuren van de boete al duidelijk was dat de huurder op faillissement afstevende, en de boete dus geen redelijke zin had. 25-11-2015
- Rechtbank Rotterdam Een assurantieportefeuille is geen goed dat als zodanig vatbaar is voor een pandrecht. 18-11-2015
- Rechtbank Noord-Holland Volgens de rechtbank is er nimmer een geldig pandrecht tot stand gekomen omdat de vordering ten tijde van de registratie van de pandakte absoluut toekomstig was. De pandakte waarin alle 'bestaande en toekomstige vorderingen' verpand werden was echter nadien (en voor het faillissement van de pandgever) reeds aan de debiteur van de vordering medegedeeld zodat er (mogelijk) langs deze weg een openbaar pandrecht ontstond ex artikel 3:238 lid 2 jo. 3:94 lid 1 BW. 04-11-2015
- Rechtbank Amsterdam Cessie van vorderingen uit hoofde van een factoringovereenkomst met daarin opgenomen terugkoopverplichting naar voorlopig oordeel niet in strijd met het fiduciaverbod. 03-11-2015
- Rechtbank Amsterdam De vordering van een zorgaanbieder op een zorgverzekeraar ontstaat op het moment dat de behandelingsovereenkomst tussen een patiënt en de zorgaanbieder wordt aangegaan, althans steeds op het moment dat ter uitvoering van die behandelingsovereenkomst een medische handeling wordt verricht. 15-04-2015