Naar boven ↑

Update

Nummer 13, 2019
Uitspraken van 30-10-2019 tot 06-11-2019
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. H.J. de Kloe, mr. E. Ayerdem, mr. R.J.H. Berghuis, mr. J.O. Bijloo, mr. S.J. van den Boogert, mr. A.D. van Dalen, mr. J. van den Dolder, mr. N. Gamliël, mr. G.P. van Hooft, mr. I.F.M. Lakwijk, mr. K.C.S. Meekes, mr. A.M.H. Nolte, mr. J.E. van Nuland, mr. W.P.IJ. Overgoor, mr. B.S. Pronk, mr. dr. S. Renssen, mr. D.R.C. Smit, mr. W.T.N. Vlasveld, mr. J.H.M. van de Wiel en mr. S. Zonneveld.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Rechtbank Limburg 23 oktober 2019, INS 2019-0149, Bouwcare
Eisers hebben Bouwcare opdracht gegeven voor de bouw van een woning. Eisers werden verplicht forse aanbetalingen te verrichten, terwijl de bouw van de woning achterbleef. Nadat eisers de overeenkomst gedeeltelijk hebben ontbonden, droeg de DGA alle aandelen in Bouwcare over aan een opvolgend DGA. Kort daarna wordt het faillissement van Bouwcare uitgesproken. Eisers spreken zowel de voormalige als de huidige DGA aan op grond van onrechtmatige daad. De rechtbank wijst de vordering toe. Daarbij overweegt de rechtbank dat de bestuurders de vennootschap bewust hebben gebruikt om opdrachten binnen te halen en gelden te incasseren, terwijl ze niet van plan waren de verplichtingen van de vennootschap naar behoren na te komen. Dit is typerend voor de werkwijze van de bestuurders, omdat bij andere vennootschappen die eerder failliet waren verklaard dezelfde werkwijze werd gehanteerd.

HR 21 augustus 2019, INS 2019-0153, Vesteda/Megahome
Vesteda heeft financiering verstrekt aan Megahome. Daarnaast heeft Rabobank financiering verstrekt aan (de rechtsopvolgers van) Megahome. Bij vernieuwing van de financieringsovereenkomst door Rabobank, zijn aanvullende zekerheden verstrekt. Vesteda vordert vóór faillissement vernietiging van de gevestigde zekerheden op grond van pauliana. De rechtsvraag die in deze zaak speelt, is of artikel 49 lid 1 Fw in de weg staat aan toewijzing van een paulianavordering die vóór faillissement door Vesteda is ingesteld op grond van artikel 3:45 BW. De rechtbank oordeelt dat artikel 49 Fw hieraan niet in de weg staat en wijst de vóór faillissement ingestelde vordering toe.

Hof van Justitie EU 4 oktober 2018, INS 2019-0151
De bijzondere bevoegdheidsregel voor verbintenissen uit overeenkomst van artikel 7 lid 1 sub a EEX-Vo is van toepassing op de pauliana buiten faillissement. Mr. T.V.J. Bil plaatst een kritische noot in zijn bijdragen over deze uitspraak die als annotatie op ins-updates.nl is gepubliceerd en ook is verschenen in het Maandblad voor Ondernemingsrecht. Voor pauliana in faillissement geeft de Insolventieverordening een duidelijke en voorspelbare bevoegdheidsregel, terwijl de bevoegdheid buiten faillissement aanmerkelijk ingewikkelder is. De begunstigde van een paulianeuze rechtshandeling kan worden opgeroepen voor het gerecht van een lidstaat waarmee de begunstigde zelf geen aanraking of aanknopingspunt heeft. Klik hier om de noot te lezen.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates

Hof van Justitie van de Europese Unie

Hoge Raad

Hof

Rechtbank

Raad van State

Antillen