Naar boven ↑

Update

Nummer 1, 2020
Uitspraken van 24-12-2019 tot 08-01-2020
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. H.J. de Kloe, mr. E. Ayerdem, mr. R.J.H. Berghuis, mr. J.O. Bijloo, mr. S.J. van den Boogert, mr. A.D. van Dalen, mr. J. van den Dolder, mr. N. Gamliël, mr. G.P. van Hooft, mr. I.F.M. Lakwijk, mr. K.C.S. Meekes, mr. A.M.H. Nolte, mr. J.E. van Nuland, mr. W.P.IJ. Overgoor, mr. B.S. Pronk, mr. dr. S. Renssen, mr. D.R.C. Smit, mr. W.T.N. Vlasveld, mr. J.H.M. van de Wiel en mr. S. Zonneveld.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Rechtbank Limburg 24 december 2019, INS 2020-0008 (met wenk)
Een dag voor kerst wijst de rechtbank een vonnis waarin een bestuurder op vordering van de curator van MS42 B.V. veroordeeld wordt tot betaling van het boedeltekort en een bestuursverbod voor de duur van drie jaar opgelegd krijgt. Nu de jaarrekening over 2014 tot en met 2016 niet is gedeponeerd en de boekhoudplicht is geschonden, staat kennelijk onbehoorlijke taakvervulling vast en wordt vermoed dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement. De bestuurder heeft dit bewijsvermoeden niet weerlegd, omdat zijn stellingen, waaronder de stelling dat het faillissement is veroorzaakt door de crisis in de bouw, onvoldoende zijn onderbouwd. Omdat de bestuurder naar het oordeel van de rechtbank ernstig is tekortgeschoten in zijn medewerkingsplicht (art. 105a Fw) en inlichtingenplicht (art. 105 Fw), wordt hem een bestuursverbod opgelegd voor de duur van drie jaar.

Gerechtshof Den Haag 17 december 2019, INS 2020-0012
Korte tijd nadat een vennootschap veroordeeld is tot betaling van achterstallig loon aan een werknemer, is de vennootschap op eigen aangifte failliet verklaard. De werknemer betrekt de holding, de indirect bestuurder en de verkrijger van de onderneming die gedreven werd door de failliete vennootschap in rechte. De stelling van de werknemer dat misbruik is gemaakt van faillissementsrecht omdat het faillissement hoofdzakelijk is aangevraagd met het doel om aan betaling van de loonaanspraken te ontkomen, wordt verworpen. Ook de bestuurdersaansprakelijkheidsvordering wordt verworpen, omdat sprake was van betalingsonmacht. De (indirect) bestuurder treft daarom geen ernstig verwijt voor het onbetaald laten van de loonvordering. Wel oordeelt het hof dat de onderneming vóór faillissement is overgenomen door de verkrijger. Nu hiermee ook de verplichting tot betaling van (achterstallig) loon is overgegaan op de verkrijger (art. 7:663 BW), wordt de verkrijger veroordeeld tot betaling van het achterstallige loon.

Vzr. Rechtbank Amsterdam 12 december 2019, INS 2020-0007, Achter de Hoven en Vamos/SLS Investment
Achter de Hoven Vastgoed B.V. en Vamos Vastgoed B.V. hebben een lening van € 1,25 miljoen verstrekt aan SLS Investment. Met deze lening is een onroerende zaak aangekocht. Op dezelfde datum is een recht van hypotheek gevestigd op de onroerende zaak ten gunste van de leninggevers. Daarnaast is het registergoed op dezelfde dag verkocht aan de leninggevers voor € 1,25 miljoen onder de opschortende voorwaarde van voortijdige opeising van de lening. De voorzieningenrechter oordeelt dat de voorwaardelijke koopovereenkomst nietig is wegens strijd met het toe-eigeningsverbod van artikel 3:235 BW. De overeenkomst is niet in strijd met het fiduciaverbod, omdat de voorwaardelijke koopovereenkomst niet strekt tot een zekerheidsoverdracht maar de strekking heeft om het registergoed in het vermogen van de verkrijger te doen vallen.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank