Update
Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.
Hoge Raad 10 juli 2020, INS 2020-0197
De aan de orde zijnde rechtsvraag is of een gedaagde partij een beroep kan doen op de niet-ontvankelijkheid van een eiser op grond van artikel 23 jo. 25 lid 1 Fw als het faillissement na het instellen van de vordering is geëindigd. De Hoge Raad overweegt dat een wederpartij van de gefailleerde een door de gefailleerde ingeleide procedure niet hoeft te dulden, omdat een eventuele veroordeling van de gefailleerde niet op de boedel kan worden verhaald. Daarom kan de wederpartij een beroep doen op niet-ontvankelijkheid van de gefailleerde op grond van artikel 23 Fw en artikel 25 lid 1 Fw. Volgens de Hoge Raad gaat deze redenering niet op wanneer de procedure door de gefailleerde is gestart tijdens zijn faillissement, maar zijn faillissement inmiddels is geëindigd.
Gerechtshof Amsterdam 2 juni 2020, INS 2020-0195
Na faillietverklaring van Kozijn Techniek Noord-Holland B.V. moet de curator bij het (middellijke) bestuur en de boekhouder meermaals aandringen op afgifte van de administratie. Wat hij uiteindelijk ontvangt, is verre van compleet. Uit hetgeen wordt overhandigd, blijkt dat het bestuur niet voldoende inzicht kan hebben gehad in de vermogenstoestand van de vennootschap en dat het ook anderszins onbehoorlijk heeft bestuurd. Het bestuur wordt veroordeeld tot vergoeding van het boedeltekort op grond van artikel 2:10 jo. 2:11 jo. 2:248 lid 2 BW. Uit de door de curator ontvangen stukken blijkt onder meer dat de omzet van Kozijn Techniek vanaf enig moment werd omgeleid naar de privébankrekeningen van de partner van een bestuurder. De curator vordert terugbetaling op grond van ongerechtvaardigde verrijking. Gemotiveerd is aangevoerd dat niet alleen de omzet naar de privérekeningen is geleid, maar ook kosten vanaf die rekeningen zijn voldaan. Volgens het hof is slechts sprake van ongerechtvaardigde verrijking voor zover de curator heeft onderbouwd dat de ontvangen gelden niet zijn aangewend ten gunste van de bv.
Rechtbank Noord-Nederland 19 mei 2020, INS 2020-0204
De bestuurder van BKW Infra is in verzekerde bewaring gesteld. De rechtbank heeft bevolen dat de bestuurder binnen drie dagen na de tenuitvoerlegging van de inbewaringstelling moet worden gehoord. Hieraan is niet voldaan: de bestuurder is een dag te laat gehoord. De rechtbank heft de inbewaringstelling op. Het bevel om binnen drie dagen te horen is gegeven op grond van artikel 5 lid 3 EVRM, waaruit volgt dat iemand onmiddellijk na de tenuitvoerlegging van een inbewaringstelling moet worden gehoord. Volgens vaste jurisprudentie is de termijn drie dagen. Overschrijding van de termijn kan naar het oordeel van de rechtbank niet leiden tot een andere beslissing dan opheffing van de inbewaringstelling.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.
Met vriendelijke groet,
Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad Het hof oordeelt ten onrechte niet over een vordering jegens Verweerder 2. De A-G is van mening dat Eiser aanvulling van het vonnis kan vorderen op grond van artikel 32 Rv en dus op grond van artikel 399 Rv niet-ontvankelijk moet worden verklaard. De Hoge Raad volgt de A-G niet. 10-07-2020
- Hoge Raad Artikel 81 RO-zaak. Bij een afwikkeling van het faillissement na de verificatievergadering houdt de gefailleerde rechtspersoon op grond van artikel 2:19 lid 6 BW op te bestaan op het moment van het verbindend worden van de slotuitdelingslijst, ongeacht een verleende rehabilitatie. 10-07-2020
- Hoge Raad Gedaagde kan geen beroep doen op niet-ontvankelijkheid eiser op grond van artikel 23 jo. 25 lid 1 Fw, wanneer de procedure is gestart tijdens faillissement van de eiser, maar het faillissement inmiddels is geëindigd. 10-07-2020
Hof
- Gerechtshof Den Haag Vorderingsrecht aanvrager faillissement staat vast omdat het is gegrond op een vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan. Het vonnis bevat niet de door de schuldenaar betoogde misslag. 13-07-2020
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Leninggevers stellen een vordering uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid in tegen de bestuurder van een vennootschap aan wie de leningen zijn verstrekt; de bestuurder laat de opbrengst van de verkoop van de onderneming van de vennootschap – onverplicht en grotendeels – aan zichzelf en zijn levenspartner toekomen, waardoor de vennootschap de leningen niet kan terugbetalen (selectieve betaling). Anders dan de rechtbank wijst het hof de vorderingen toe. 07-07-2020
- Gerechtshof Den Haag Een schuldeiser van een ontbonden vennootschap heeft geen belang bij het faillissement van de bv, omdat de enige gestelde bate een vordering van de bv op de schuldeiser zelf betreft. 06-07-2020
- Gerechtshof Den Haag Aanvrager 1 wordt ook in hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard in haar faillissementsverzoek, omdat zij onder beschermingsbewind staat. Het faillissementsverzoek van aanvrager 2 wordt afgewezen, omdat niet summierlijk is gebleken van haar vorderingsrecht. 06-07-2020
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden De curator heeft hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank waarbij de verzekerde inbewaringstelling is opgeheven. Nadat een verweerschrift is ingediend, trekt de curator het verzoek in. Het hof veroordeelt de boedel in de proceskosten. 02-07-2020
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Bestuurder kan een ernstig verwijt gemaakt worden nu hij doorging met het plaatsen van bestellingen terwijl geen reëel zicht meer bestond op voortzetting van de onderneming omdat de omgevingsvergunning afliep. 23-06-2020
- Gerechtshof Amsterdam Afwijzend oordeel van de rechtbank in bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure tegen voormalig (trust)bestuurder blijft in hoger beroep in stand. Ook het hof oordeelt dat de vaststelling van wanbeleid door de OK niet betekent dat sprake is van aansprakelijkheid ex artikel 2:9 BW. Hetzelfde geldt voor een kostenveroordeling en in dit kader vastgesteld ernstig verwijt door de OK. Van ernstig verwijtbaar handelen is volgens het hof niet gebleken. 23-06-2020
- Gerechtshof Den Haag Ook in hoger beroep wordt het faillissementsverzoek dat is ingediend door drie erfgenamen afgewezen omdat geen sprake is van pluraliteit van schuldeisers. De vordering waarop de erfgenamen zich beroepen, vloeit voort uit één schuld van de leningnemer aan de erflater. Verdeling van de nalatenschap doet geen pluraliteit van schuldeisers ontstaan. 22-06-2020
- Gerechtshof Amsterdam Het komt bij een machtigingsverzoek als het onderhavige erop aan of het belang van verzoeker bij het kunnen doen van mededelingen uit het onderzoeksverslag opweegt tegen het door artikel 2:353 lid 3 BW beschermde belang van de vennootschappen bij vertrouwelijkheid van het onderzoeksverslag. 09-06-2020
- Gerechtshof Amsterdam Bestuur aansprakelijk voor boedeltekort wegens onvolledigheid overgelegde boekhouding en niet in boekhouding verantwoorde betalingen voor andere bv. Langs privébankrekening geleide omzet vormt slechts ongerechtvaardigde verrijking voor zover deze niet ten gunste van de gefailleerde bv is aangewend. 02-06-2020
Rechtbank
- Rechtbank Overijssel (Indirect) bestuurders zijn aansprakelijk wegens betalingsonwil. Gelet op de omstandigheden van het geval lag het op de weg van de bestuurders om uit te leggen waarom de schuldeiser niet is betaald en waarom geen sprake was van betalingsonwil. 08-07-2020
- Rechtbank Den Haag Het faillissement van een bv is opgeheven bij gebrek aan baten. Omdat het liquidatieoverschot van een dochtervennootschap toekomt aan de bv, wordt de vereffening heropend en de voormalig curator benoemd tot vereffenaar. 02-07-2020
- Rechtbank Gelderland Of overeenkomst nietig, vernietigbaar of onrechtmatig is, hangt ervan af of de opbrengst is aangewend voor de betaling van hoger gerangschikte schuldeisers. Selectieve betaling was niet ontoelaatbaar zodat bestuur niet aansprakelijk is. 01-07-2020
- Rechtbank Midden-Nederland Een stichting vordert in kort geding afgifte van cliëntendossiers en een voorschot op schadevergoeding van een maatschap en twee maten. De maatschap en een van de maten zijn failliet. De procedure ten aanzien van het voorschot wordt tegen hen geschorst op grond van artikel 29 Fw, de vordering tot afgifte van de dossiers op straffe van een dwangsom wordt toegewezen. Met wenk. 30-06-2020
- Rechtbank Gelderland Oprichter van Heroesdome B.V. is aansprakelijk op grond van artikel 2:203 lid 3 BW. Omdat de bv binnen een jaar na oprichting failliet is verklaard, wordt vermoed dat de oprichter wist dat de bv haar verplichtingen niet kon nakomen. Dit vermoeden is niet weerlegd. 24-06-2020
- Rechtbank Noord-Nederland Inbewaringstelling wordt voortgezet omdat de bestuurder zijn inlichtingenplicht heeft geschonden en niet alle opgevraagde informatie aan de curator heeft verstrekt. 20-05-2020
- Rechtbank Noord-Nederland Termijn om een bestuurder die in bewaring is gesteld te horen is met een dag overschreden. De rechtbank overweegt dat een termijnoverschrijding moet leiden tot opheffing van de inbewaringstelling. 19-05-2020