Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 11 augustus 2020, INS 2020-0235
In februari 2019 oordeelde de Hoge Raad dat de mededeling van een stil pandrecht dit pandrecht niet uitbreidt tot een openbaar pandrecht. Na verwijzing staat nog ter discussie of een aantal vorderingen voortvloeien uit een rechtsverhouding die reeds bestond op het moment dat het pandrecht werd gevestigd. Het hof oordeelt dat dit het geval is. De vorderingen zien op het verzorgen van de boekhouding, en de rechtsvoorganger van de pandgever verrichtte voor de vestiging van het pandrecht vergelijkbare werkzaamheden. De debiteur heeft daarmee de vorderingen ten onrechte voldaan aan de pandgever. Na mededeling van het pandrecht kon uitsluitend bevrijdend worden betaald aan de pandhouder.

Rechtbank Gelderland 29 juli 2020, INS 2020-0229, BMW Financial Services/Curator Ponti 16, met wenk
Een BMW-dealer heeft een BMW geleverd aan Ponti 16. In dit kader hebben Ponti 16, de dealer en BMW Financial Services (‘BMW FS’) een financial-leaseovereenkomst gesloten. BMW FS heeft de koopprijs voldaan aan de dealer en de dealer heeft zijn rechten onder de overeenkomst, waaronder een eigendomsvoorbehoud, overgedragen aan BMW FS. Voordat BMW FS is afbetaald, gaat Ponti 16 failliet. De curator meent dat de auto in de boedel valt, onder meer omdat het eigendomsvoorbehoud zou zijn vervallen door betaling van de koopprijs door BMW FS aan de dealer. De rechtbank gaat hierin niet mee. Het beroep dat de curator doet op de Bovag-voorwaarden gaat niet op, omdat in de leaseovereenkomst een specifiek op de lease toegesneden eigendomsvoorbehoud was opgenomen. De rechtbank volgt de curator ook niet in haar stelling dat de auto niet zou zijn geleverd aan BMW FS. Met de leaseovereenkomst is de auto door middel van een tweezijdige verklaring traditio longa manu geleverd aan BMW FS.

Rechtbank Rotterdam 15 juli 2020, INS 2020-0232
Stichting World Expo Milaan 2015, die is opgericht om de Nederlandse deelname aan de Expo te faciliteren, is in 2016 op eigen verzoek failliet verklaard. De curator stelt de bestuurder aansprakelijk op grond van artikel 2:9 BW en 6:162 BW. De curator verwijt de bestuurder onder meer dat hij te optimistisch was over de inkomsten van de stichting en dat de boekhouding niet op orde was. De vordering op grond van artikel 2:9 BW wordt afgewezen, omdat de stichting geen schade heeft geleden door het liquidatietekort. De stichting dreef namelijk niet een op winst gerichte onderneming. Ook de Peeters/Gatzen-vordering wordt afgewezen. Hoewel graaf- en spitwerk nodig was, is de administratieplicht niet geschonden, omdat een helder beeld kon worden gekregen van de financiën. Daarnaast overweegt de rechtbank dat de bestuurder achteraf bezien wellicht te goedgelovig en te weinig kritisch was, maar hiermee heeft de bestuurder niet ernstig verwijtbaar gehandeld.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates