Naar boven ↑

Update

Nummer 5, 2020
Uitspraken van 22-02-2020 tot 04-03-2020
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. H.J. de Kloe, mr. E. Ayerdem, mr. R.J.H. Berghuis, mr. J.O. Bijloo, mr. S.J. van den Boogert, mr. A.D. van Dalen, mr. J. van den Dolder, mr. N. Gamliël, mr. G.P. van Hooft, mr. I.F.M. Lakwijk, mr. K.C.S. Meekes, mr. A.M.H. Nolte, mr. J.E. van Nuland, mr. W.P.IJ. Overgoor, mr. B.S. Pronk, mr. dr. S. Renssen, mr. D.R.C. Smit, mr. W.T.N. Vlasveld, mr. J.H.M. van de Wiel en mr. S. Zonneveld.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State 26 februari 2020, INS 2020-0064
Het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Groningen heeft North Refinery en haar curator in persoon op grond van milieuwetgeving gelast het ontstaan van (verdere) bodemverontreiniging te voorkomen. Ook heeft het college meegedeeld dat eventuele kosten van toepassing van bestuursdwang worden verhaald op (de boedel van) North Refinery en op de curator in persoon. De Afdeling herroept het besluit van het college voor zover de curator in persoon is aangemerkt als overtreder van milieuwetgeving. De curator is in zijn hoedanigheid verantwoordelijk voor de naleving van milieuwetgeving, maar niet in persoon. De curator kan daarom uitsluitend als beheerder van de boedel als overtreder worden aangemerkt.

Hoge Raad 21 februari 2020, INS 2020-0070
In het kader van een verrekeningskwestie heeft het Hof Arnhem-Leeuwarden geoordeeld dat een schuld van het UWV aan een uitkeringsrechtigde ontstaat op de datum die is opgenomen in het besluit waarin de uitkering is toegekend. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het hof, op het beroep van de P-G, in het belang der wet. Naar het oordeel van de Hoge Raad ontstaat een schuld van het UWV aan een uitkeringsgerechtigde in het kader van een WAO-uitkering per (werk)dag dat sprake is van arbeidsongeschiktheid. Een WAO-uitkering die is verschuldigd wegens arbeidsongeschiktheid tijdens de schuldsanering, kan daarom op grond van artikel 307 Fw niet verrekend worden met een vordering van het UWV die is ontstaan voor toelating tot de schuldsanering.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 18 februari 2020, INS 2020-0061
Een beroep op pauliana in de zaak Roeffen q.q./Jaya is in 2011 afgewezen door het Hof Amsterdam. Het cassatieberoep tegen dit arrest is in 2013 verworpen. In deze uitspraak wordt het arrest uit 2011 herroepen, omdat Jaya B.V. had verzwegen dat haar bestuurder en grootaandeelhouder zich schuldig heeft gemaakt aan de bedrieglijke verkorting van de rechten van schuldeisers, waarvoor hij is veroordeeld tot een gevangenisstraf. Het hof oordeelt alsnog dat de curator een geldleningsovereenkomst waarbij zekerheden zijn gevestigd ten gunste van Jaya terecht heeft vernietigd op grond van pauliana. Omdat Jaya een oneerlijke proceshouding heeft aangenomen, wordt Jaya veroordeeld in de daadwerkelijke kosten van de curator in de herroepingsprocedure.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank

Raad van State