Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.
Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 16 november 2021, INS 2021-0320
Opzeeland Logistics B.V. (‘Logistics’) heeft transportmiddelen verhuurd aan Opzeeland Transport B.V. (‘Transport’). Twee bestuurders van Transport hebben zich hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de betaling van alle uit de huurovereenkomst voortvloeiende verplichtingen. De hoofdelijke aansprakelijkheid is gemaximeerd op € 150.000. Transport wordt failliet verklaard, waarop de curator de huurovereenkomst met een opzegtermijn van drie maanden opzegt op grond van artikel 39 Fw. Logistics ontbindt de overeenkomst een dag later. Ter discussie staat of de bestuurders de schade die wordt geleden door tussentijdse beëindiging van de huurovereenkomst moeten vergoeden. Het hof oordeelt dat deze discussie niet beslecht hoeft te worden, omdat de huur over de opzegtermijn en de verschuldigde boete meer dan € 150.000 bedragen. De bestuurders worden veroordeeld tot betaling van dit bedrag.
Hoge Raad 12 november 2021, INS 2021-0321
Op 12 november 2021 heeft de Hoge Raad drie arresten gewezen over het doen van een beroep op een doorbrekingsgrond. In INS 2021-0321 oordeelt de Hoge Raad – anders dan in een arrest uit 2005 – dat de termijn voor het doen van een beroep op doorbreking van het rechtsmiddelenverbod in de WSNP acht dagen bedraagt, omdat dit de gebruikelijke termijn is in de Faillissementswet voor het instellen van hoger beroep en cassatie.
In INS 2021-0324 is een beroep gedaan op een doorbrekingsgrond van het rechtsmiddelenverbod van artikel 31 lid 4 Rv. Artikel 31 Rv zou buiten toepassing zijn gelaten. De Hoge Raad oordeelt dat de doorbrekingsgrond zich niet voordoet, omdat het cassatiemiddel feitelijk betoogt dat artikel 31 Rv onjuist is toegepast.
Tot slot wordt in INS 2021-0322 het beroep op een doorbrekingsgrond wel gehonoreerd. De Hoge Raad oordeelt dat de rechter-commissaris inhoudelijk moet beslissen op een verzoek dat is gedaan op grond van artikel 317 Fw, ook als daarover al eerder een beschikking is gewezen. De rechtbank heeft dit miskend.
Rechtbank Limburg 8 oktober 2021, INS 2021-0319
De rechtbank homologeert een liquidatieakkoord onder de WHOA. Interessant is onder meer het oordeel over de best interest of creditors-test van artikel 384 lid 3 Fw. Een schuldeiser heeft aangevoerd dat hij onder het akkoord slechter af is dan bij een faillissement. In geval van faillissement of surseance van betaling staat een derde namelijk garant voor haar vordering, terwijl het nog maar de vraag is of ook een beroep kan worden gedaan op de garantie als het akkoord wordt gehomologeerd. De rechtbank wijst het beroep op artikel 384 lid 3 Fw af en oordeelt dat uitsluitend gekeken moet worden naar de waarde die de schuldeiser ontvangt van de schuldenaar die het akkoord aanbiedt. Een mogelijke aanspraak uit hoofde van een garantie betreft niet het vermogen van de schuldenaar en wordt daarom niet bij de beoordeling betrokken.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.
Met vriendelijke groet,
Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates
Hof van Justitie van de Europese Unie
Hoge Raad
- Hoge Raad Omdat de gebruikelijke termijn in de Faillissementswet voor het instellen van hoger beroep en cassatieberoep acht dagen is, overweegt de Hoge Raad dat deze termijn ook geldt als een beroep wordt gedaan op doorbreking van het rechtsmiddelenverbod in de WSNP. De Hoge Raad komt hiermee terug van een arrest uit 2005. 12-11-2021
- Hoge Raad Ook als de rechter-commissaris al twee keer eerder een beslissing heeft genomen over een bepaald onderwerp, moet hij beslissen op een verzoek dat op grond van artikel 317 Fw is ingediend over hetzelfde onderwerp. Omdat de rechtbank anders oordeelde, is sprake van een doorbrekingsgrond van het rechtsmiddelenverbod. 12-11-2021
- Hoge Raad Het hof heeft een dagvaarding op grond van artikel 69 Rv aangemerkt als beroepschrift. Cassatie tegen deze beslissing is niet mogelijk op grond van lid 5. Daarnaast is het hof niet meegegaan in een verbetering ex artikel 31 Rv van de rechtbank. Op grond van lid 4 staat hiertegen geen voorziening open en de gestelde doorbrekingsgrond doet zich niet voor. 12-11-2021
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden De schuldenaar heeft gesteld dat hij een bedrag moet ontvangen van LAVG omdat de beslagvrije voet onjuist is vastgesteld. Volgens het hof doet dat niet af aan de faillissementstoestand. Ook het verweer dat schuldeisers geen belang hebben bij het faillissement omdat de schuldenaar geen actief heeft, verwerpt het hof, omdat de curator hier onderzoek naar moet doen. 18-11-2021
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Hoofdelijke aansprakelijkheid bestuurder voor huurpenningen en boete. 16-11-2021
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Het hof oordeelt dat het beroep op verrekening van een terugbetalingsverplichting aan de failliet niet contractueel is uitgesloten en bovendien niet onaanvaardbaar is. De oorspronkelijke betaling (die moet worden terugbetaald) is bovendien niet paulianeus. 26-10-2021
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag Rechtbank wijst het verzoek van ADO Den Haag tot verdere verlenging van de afkoelingsperiode toe. Gebleken is dat er belangrijke voortgang is geboekt. De rechtbank verlengt de afkoelingsperiode met de maximale duur. 12-11-2021
- Rechtbank Den Haag In deze zaak wordt de bestuurder aansprakelijk gehouden wegens het jarenlang niet deponeren van jaarrekeningen. Het beroep op een onbelangrijk verzuim wordt daarom gepasseerd. Ook het beroep op een andere oorzaak van het faillissement wordt gepasseerd. De bestuurder wordt veroordeeld tot betaling van het boedeltekort en moet een voorschot voldoen. Het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, hoewel bestuurder daartegen ageert. 10-11-2021
- Rechtbank Limburg Een schuldenaar, die zijn schuldeisers in een WHOA-akkoord aandelen wil aanbieden waarmee de schuldeisers naar eigen zeggen vermoedelijk binnen vijf jaar een bedrag ter hoogte van hun vordering hebben ontvangen, vraagt om afkondiging van een afkoelingsperiode. De rechtbank wijst het verzoek toe. In de wenk wordt aandacht besteed aan het geven van een zienswijze. 19-10-2021
- Rechtbank Limburg Liquidatieakkoord gehomologeerd. Mogelijke frustratie door een WHOA-akkoord van een beroep van een individuele schuldeiser op een door een derde afgegeven garantie maakt geen onderdeel uit van best interest of creditors-test. 08-10-2021
- Rechtbank Noord-Nederland De rechtbank oordeelt dat het samenstel van rechtshandelingen mogelijk heeft geleid tot benadeling van schuldeisers indien de aldus verkregen vorderingen oninbaar zijn. De curator heeft de doorbetalingen echter niet vernietigd en de ontvangende rechtspersonen niet in de procedure betrokken. 22-09-2021
- Rechtbank Limburg In de eerste uitspraak kondigt de rechtbank een afkoelingsperiode af voor de duur van vier maanden. In de tweede uitspraak wordt de afkoelingsperiode verlengd, maar wordt ook een observator aangewezen. Omdat geen zekerheid kan worden gesteld voor betaling van het salaris van de observator, heft de rechtbank de afkoelingsperiode in de derde uitspraak op. 10-09-2021
- Rechtbank Noord-Holland Een werknemer procedeert tegen zijn werkgever, die op de dag van de mondelinge behandeling failliet is verklaard. De loonvordering wordt geschorst op grond van artikel 29 Fw. De kantonrechter wijst het verzoek tot vernietiging van het ontslag op staande voet toe. 22-06-2021
- Rechtbank Limburg Een afkoelingsperiode is noodzakelijk, omdat schuldeisers executiemaatregelen hebben getroffen door het leggen van beslag en het aanvragen van het faillissement. Opvallend is dat is gekozen voor een openbare akkoordprocedure, terwijl de beschikking is geanonimiseerd en de akkoordaanbieding niet in het register is opgenomen. 04-03-2021