Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.
Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.
Rechtbank Gelderland 8 december 2021, INS 2021-0356, Bestuurder El-Ino-Venture-Management/Vriezekolk q.q.
De bestuurder van de failliete vennootschap El-Ino-Venture Management is door het hof Arnhem-Leeuwarden aansprakelijk gehouden op grond van artikel 2:248 BW. In deze schadestaatprocedure vordert de curator betaling van het boedeltekort van ongeveer € 70.000. De rechtbank wijst (in verzet) het beroep van de bestuurder op matiging toe en matigt het bedrag waarvoor de bestuurder aansprakelijk is tot € 25.000. De rechtbank geeft hiervoor een aantal redenen. In de eerste plaats is aansprakelijkheid aangenomen omdat de boekhoudplicht is geschonden, terwijl nergens uit blijkt dat schuldeisers ten onrechte zijn afgegaan op de juistheid van de financiële verslaglegging. Ten tweede is sprake van een wanverhouding tussen het tekort op de faillissementsdatum (ongeveer € 32.000) en de omvang van de faillissementskosten. Ook hierin ziet de rechtbank, hoewel niet is gebleken dat de curator onnodig hoge kosten heeft gemaakt, grond voor matiging. Tot slot weegt mee dat bijna een minnelijke regeling is getroffen, maar dat die regeling uitsluitend is stukgelopen op het feit dat de bestuurder slechts € 6.000 ineens kon voldoen en niet € 10.000.
Rechtbank Amsterdam 3 september 2021, INS 2021-0348
In deze recent gepubliceerde uitspraak homologeert de rechtbank een WHOA-akkoord. Vrijwel alle schuldeisers hebben ingestemd met het akkoord en geen enkele schuldeiser heeft bezwaar gemaakt tegen de homologatie. De rechtbank toetst daarom uitsluitend aan de weigeringsgronden van artikel 384 lid 2 Fw. De rechtbank overweegt dat het aangeboden bedrag niet zozeer is gepresenteerd als de reorganisatiewaarde, maar is gebaseerd op de wensen van de schuldeisers en de financiële draagkracht van de schuldenaar. Dit staat echter niet in de weg aan homologatie, omdat (1) het overgrote deel van de schuldeisers heeft ingestemd met het akkoord, (2) de onderneming een bescheiden omvang heeft en (3) niet is gebleken van bezwaren van schuldeisers tegen het aangeboden bedrag.
Rechtbank Amsterdam 3 juni 2021, INS 2021-0352
De rechtbank heeft op 29 maart 2021 op grond van artikel 376 Fw een afkoelingsperiode afgekondigd voor de duur van twee maanden ten aanzien van een schuldenaar die bezig is met het aanbieden van een WHOA-akkoord (INS 2021-0353). In deze procedure wordt verzocht de afkoelingsperiode met twee maanden te verlengen. De rechtbank stelt derden niet in de gelegenheid een zienswijze te geven. Naar het oordeel van de rechtbank is dit pas noodzakelijk op grond van artikel 376 lid 11 Fw als wordt verzocht om verlenging nadat de afkoelingsperiode reeds vier maanden heeft geduurd. De rechtbank overweegt verder dat de afkoelingsperiode ook verlengd kan worden nadat deze is verstreken, mits het verlengingsverzoek is gedaan tijdens de afkoelingsperiode. De rechtbank verlengt daarom de afkoelingsperiode met twee maanden nadat deze al een paar dagen is afgelopen.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.
Met vriendelijke groet,
Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates
Hof
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag Volgens de rechtbank blijkt summierlijk van het vorderingsrecht van verzoekster en is sprake van pluraliteit. Toch verkeert de schuldenaar niet in de faillissementstoestand, omdat geen concrete steunvorderingen zijn aangevoerd die niet of te laat zijn betaald. 14-12-2021
- Rechtbank Rotterdam Het verweer dat de vordering van verzoekster is ontstaan door leveringen vis aan de broer van de schuldenaar is onvoldoende onderbouwd. Door het doen van deelbetalingen is de vordering erkend. De rechtbank spreekt het faillissement uit. 14-12-2021
- Rechtbank Gelderland Een bestuurder beroept zich met succes op artikel 2:248 lid 4 BW strekkende tot matiging van het bedrag waarvoor hij aansprakelijk is. De omstandigheden geven aanleiding tot een relatief aanzienlijke matiging. 08-12-2021
- Rechtbank Overijssel De curator van een failliete vennootschap heeft een vordering op grond van artikel 2:248 BW ingediend in het faillissement van de bestuurder. In een renvooiprocedure tussen de curator van de vennootschap en een schuldeiser in het faillissement van de bestuurder erkent de rechtbank deze vordering. 08-12-2021
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Deze zaak gaat om een geschil tussen de curator en gedaagde over de afdracht van de overwaarde die is ontstaan bij de verkoop van een echtelijke woning. Op grond van een nadere overeenkomst zou de helft van de overwaarde toekomen aan gedaagde. De voorzieningenrechter overweegt dat de curator met succes deze nadere overeenkomst op grond van de faillissementspauliana heeft vernietigd. 01-12-2021
- Rechtbank Rotterdam Voor de vraag of een beslag ex artikel 376 lid 2 Fw dient te worden opgeheven, moet het belang van de beslaglegger bij handhaving ervan worden afgewogen tegen het belang van de schuldenaar bij opheffing van het beslag en de noodzaak daarvan om de onderneming voort te kunnen zetten. 30-11-2021
- Rechtbank Midden-Nederland Afkoelingsperiode is noodzakelijk voor de voortzetting van de onderneming en de voorbereiding van een akkoord. Bovendien worden de belangen van de crediteuren hierdoor gediend. Gevraagde termijn wordt aan banden gelegd. 22-11-2021
- Rechtbank Amsterdam De rechtbank verlengt de afkoelingsperiode met twee maanden, ondanks aangevoerde bezwaren van belanghebbenden. De rechtbank treft wel een voorziening. Na een maand moet de observator de rechtbank op de hoogte stellen van de voortgang van het traject. 08-10-2021
- Rechtbank Amsterdam Toewijzing homologatieverzoek in overzichtelijke WHOA-procedure. Het feit dat het aangeboden bedrag niet zozeer de reorganisatiewaarde vertegenwoordigt, staat niet aan homologatie in de weg. 03-09-2021
- Rechtbank Amsterdam De curator van een modeketen heeft een schikking getroffen met de doorstarter van wie de curator het faillissement had aangevraagd. Deze aanvraag was gedaan met de curatoren van de dochter van de doorstarter. Nadat de doorstarter op deze aanvraag failliet is verklaard, stellen de curatoren de curator van de modeketen aansprakelijk voor het treffen van een paulianeuze schikking. De rechtbank wijst de vordering af. 18-08-2021
- Rechtbank Amsterdam De rechtbank verlengt de afkoelingsperiode met twee maanden nadat de afkoelingsperiode al was afgelopen. De rechtbank overweegt dat dit mogelijk is, mits het verlengingsverzoek is gedaan voor het verstrijken van de termijn. Derden worden niet in de gelegenheid gesteld een zienswijze te geven, omdat de afkoelingsperiode nog geen vier maanden heeft geduurd. 03-06-2021
- Rechtbank Amsterdam Een vennootschap die een hotelbedrijf exploiteert in Amsterdam wil een WHOA-akkoord aanbieden. De rechtbank kondigt een afkoelingsperiode af voor de duur van twee maanden. Een artikel 378-verzoek over de rang van een vordering van de gemeente Amsterdam wordt aangehouden om de gemeente in de gelegenheid te stellen een zienswijze in te dienen. 29-03-2021
- Rechtbank Overijssel De curator vordert terugbetaling van betalingen die vóór faillissement zijn verricht, omdat de gezamenlijke schuldeisers daardoor zouden zijn benadeeld. De gelden waaruit de betalingen zijn verricht kwamen echter geheel toe aan de pandhouder. Omdat de pandhouder instemde met de bewuste betalingen, is van benadeling geen sprake. 04-02-2020