Naar boven ↑

Update

Nummer 25, 2022
Uitspraken van 09-12-2022 tot 22-12-2022
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. H.J. de Kloe, mr. E. Ayerdem, mr. R.J.H. Berghuis, mr. J.O. Bijloo, mr. S.J. van den Boogert, mr. A.D. van Dalen, mr. J. van den Dolder, mr. N. Gamliël, mr. G.P. van Hooft, mr. I.F.M. Lakwijk, mr. K.C.S. Meekes, mr. A.M.H. Nolte, mr. J.E. van Nuland, mr. W.P.IJ. Overgoor, mr. B.S. Pronk, mr. dr. S. Renssen, mr. D.R.C. Smit, mr. W.T.N. Vlasveld, mr. J.H.M. van de Wiel en mr. S. Zonneveld.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 6 december 2022, INS 2022-0299
Een voormalig bestuurder van het failliete Heiploeg wordt door de rechtbank aansprakelijk gehouden op grond van artikel 2:9 BW en veroordeeld tot betaling van meer dan € 13 miljoen aan (de curatoren van) de vennootschap. De grond voor de aansprakelijkheid is dat een kartelboete is opgelegd, mede naar aanleiding van prijsafspraken die door de bestuurder namens Heiploeg zijn gemaakt met concurrenten. Het toegewezen bedrag hangt samen met de hoogte van de boete en het aandeel van de bestuurder in de gedragingen die hebben geleid tot de boete. Het hof overweegt dat de omstandigheid dat de boete mogelijk niet (volledig) wordt voldaan omdat aan de concurrente schuldeisers geen (volledige) uitkering wordt gedaan in faillissement geen invloed heeft op de hoogte van de schade.

Rechtbank Oost-Brabant 22 november 2022, INS 2022-0303
De rechtbank homologeert een WHOA-akkoord van een VOF. De vennoten hebben zelf geen akkoord aangeboden, maar in het akkoord van de VOF is wel een derdenbeding opgenomen waarin kwijting wordt verleend aan de vennoten voor de schulden van de VOF. Bij de beoordeling van het akkoord merkt de rechtbank op dat de klassenindeling in strijd is met de wet. Alle concurrente schuldeisers zijn ingedeeld in dezelfde klasse. De meeste concurrente schuldeisers wordt een directe uitkering van twintig procent van hun vordering aangeboden, maar het uitkeringspercentage van twintig procent van één van de schuldeisers wordt omgezet in een achtergestelde lening met een rentepercentage van zes procent. Deze schuldeiser had naar het oordeel van de rechtbank moeten worden ingedeeld in een andere klasse. De rechtbank homologeert toch het akkoord, omdat een juiste klassenindeling niet tot een andere uitkomst van de stemming zou hebben geleid.

Rechtbank Amsterdam 25 mei 2022, INS 2022-0297
Een advocaat is aansprakelijk omdat hij zijn cliënte, een natuurlijk persoon, onvoldoende heeft geïnformeerd en niet tijdig heeft gewezen op de mogelijkheid een beroep te doen op de WSNP. De advocaat heeft wel tevergeefs een kort geding gevoerd tot intrekking van het faillissementsverzoek dat was ingediend door een schuldeiser. Voor de mondelinge behandeling van het faillissementsverzoek heeft de advocaat bericht dat zijn cliënte een beroep wilde doen op de WSNP en verzocht om schorsing van de behandeling van het faillissementsverzoek. De advocaat en zijn cliënte zijn allebei niet op de zitting verschenen. De rechtbank heeft het schorsingsverzoek afgewezen en het faillissement uitgesproken. Naar het oordeel van de rechtbank had de advocaat zijn cliënte (schriftelijk) moeten wijzen op de mogelijke gevolgen van het niet voeren van verweer, het niet verschijnen ter zitting, en het niet aanwenden van een rechtsmiddel tegen de faillietverklaring. Omdat de advocaat dit niet heeft gedaan, verklaart de rechtbank voor recht dat de advocaat aansprakelijk is jegens zijn cliënte.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates

Hof

Rechtbank