Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.
Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.
Hoge Raad 3 november 2023, INS 2023-0250
De rechter-commissaris heeft de curator in het faillissement van Grondontwikkeling Nederland B.V. op grond van artikel 68 lid 3 Fw gemachtigd om een procedure in te stellen tegen de zustervennootschap en bestuurder van de failliete vennootschap. De zustervennootschap en de bestuurder hebben hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking van de R-C. De rechtbank heeft hen niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij geen partij zijn bij de beschikking van de R-C. In cassatie verwerpt de Hoge Raad het cassatieberoep met toepassing van artikel 81 RO. In de samenvatting komt de conclusie van de A-G aan bod, waarin wordt overwogen dat het vaste rechtspraak is dat alleen degene die ‘partij’ is bij de beschikking van de R-C hoger beroep kan instellen. ‘Partij’ is degene die het tot de beschikking leidende verzoek heeft gedaan aan de R-C en degene tot wie de beschikking is gericht. Als een machtiging procederen wordt afgegeven, is degene tegen wie geprocedeerd mag worden daarom geen ‘partij’ bij de beschikking van de R-C.
Rechtbank Rotterdam 18 oktober 2023, INS 2023-0257
Een bestuurder stelt een curator q.q. en pro se aansprakelijk voor het voeren van een bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure, mede omdat de boedel ontoereikend is om de proceskosten te betalen. De bestuurder meent dat de curator misbruik van procesrecht heeft gemaakt, omdat de curator op voorhand had moeten weten dat de procedure kansloos was. Ook had de curator naar de mening van de bestuurder een beroep moeten doen op de Garantstellingsregeling Curatoren, omdat daaruit ook de proceskostenvergoeding betaald had kunnen worden. De rechtbank wijst de vorderingen van de bestuurder af. Misbruik van procesrecht is niet snel aan de orde. Ook hier niet, mede omdat de R-C de curator heeft gemachtigd om hoger beroep in te stellen tegen het vonnis van de rechtbank waarin de vorderingen van de curator waren afgewezen. Volgens de R-C had het hoger beroep een redelijke kans van slagen. De curator had ook geen beroep hoeven doen op de garantstellingsregeling. De bestuurder kan aan deze regeling geen bescherming ontlenen, omdat niet is voldaan aan het relativiteitsvereiste: de regeling strekt niet tot bescherming van de belangen van de bestuurder.
Rechtbank Oost-Brabant 10 mei 2023, INS 2023-0259
Een natuurlijk persoon heeft een faillissementsakkoord aangeboden aan zijn schuldeisers. Het akkoord is aangenomen en gehomologeerd. In deze procedure is de vraag aan de orde of een schuldeiser rente die is opgekomen tijdens het faillissement na homologatie van het akkoord nog mag vorderen van de schuldenaar. De rechtbank stelt deze kwestie met prejudiciële vragen aan de orde bij de Hoge Raad.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.
Met vriendelijke groet,
Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Twee broers hebben samen met hun zus een groot perceel geërfd. Als de zus in de WSNP terecht komt, moet haar aandeel in deze onroerende zaak te gelde worden gemaakt. Er wordt onderhandeld met verschillende kopers, maar de broers en zus staan lijnrecht tegenover de bewindvoerder. De verkoop vindt plaats onder voorwaarden en voor een – volgens de broers – te laag bedrag. In de nasleep van de afwikkeling stellen zij de bewindvoerder aansprakelijk. 10-10-2023
- Gerechtshof Den Haag Een turbogeliquideerde rechtspersoon wordt failliet verklaard. De voorwaarde hiervoor is het bestaan van een bate, terwijl aan de voorwaarden van faillietverklaring wordt voldaan. Dat is in casu, anders dan de failliet betoogt, het geval. 26-09-2023
- Gerechtshof Den Haag Omdat de schuldenaar als schilder stond ingeschreven bij de KvK, dit niet heeft gecorrigeerd en de vordering van het pensioenfonds niet eerder heeft betwist, blijkt summierlijk van het vorderingsrecht van het pensioenfonds. Ook aan de overige voorwaarden voor faillietverklaring is voldaan. 09-05-2023
- Gerechtshof Den Haag Het hof vernietigt het faillissement omdat niet is voldaan aan het pluraliteitsvereiste. De aanvrager van het faillissement heeft geen misbruik gemaakt van haar bevoegdheid het faillissement aan te vragen. De faillissementskosten worden ten laste van de schuldenaar gebracht. 25-04-2023
- Gerechtshof Den Haag Verzoeker heeft een inspanningsverbintenis op zich genomen en geen resultaatsverbintenis, zodat de afgesproken vergoeding verschuldigd is. Er is ook summierlijk gebleken van steunvorderingen van de Belastingdienst en Dentons. 28-03-2023
Rechtbank
- Rechtbank Rotterdam De rechter heeft verzocht zich te mogen verschonen ten aanzien van de behandeling van een faillissementsverzoek, omdat hij als rechter-commissaris in een (ander) faillissement de gerekwestreerde zal horen in verband met een procedure die de curator tegen gerekwestreerde wil voeren. Ook heeft de rechter als rechter-commissaris toestemming gegeven tot het leggen van beslag. 31-10-2023
- Rechtbank Den Haag De rechtbank gebruikt artikel 2:23c BW als grondslag voor de heropening van de vereffening in een beëindigd faillissement. 25-10-2023
- Rechtbank Rotterdam Anders dan de bestuurder meent, heeft de curator geen misbruik van procesrecht gemaakt door het aanspannen van een bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure in eerste aanleg en hoger beroep. In die procedures is de curator in het ongelijk gesteld en in de proceskosten veroordeeld. Evenmin is de curator jegens de bestuurder verplicht om een beroep te doen op de Garantstellingsregeling bij een ontoereikende faillissementsboedel, gelet op de proceskostenveroordeling. 18-10-2023
- Rechtbank Overijssel Toezegging om alsnog te voldoen aan informatieplicht baat gegijzelde failliet niet; inbewaringstelling wordt verlengd. 17-10-2023
- Rechtbank Rotterdam De direct en indirect bestuurder van twee zustervennootschappen worden veroordeeld tot betaling van een voorschot op het boedeltekort van € 300.000 wegens kennelijk onbehoorlijk bestuur ex artikel 2:248 BW. De curator doet een succesvol beroep op de bewijsvermoedens van lid 2. De bestuurders slagen er niet in het vermoeden te ontzenuwen dat het kennelijk onbehoorlijk bestuur een belangrijke oorzaak is van het faillissement. Een beroep op matiging (lid 4) wordt afgewezen. Een beslissing op het gevorderde bestuursverbod (art. 106a Fw) wordt aangehouden. De curator is verzocht om nadere informatie aan te leveren. 04-10-2023
- Rechtbank Oost-Brabant De rechtbank Oost-Brabant stelt prejudiciële vragen aan de Hoge Raad met betrekking tot de verifieerbaarheid van de rente over de periode na faillietverklaring. Onder meer stelt zij de vraag of de homologatie van een faillissementsakkoord gevolgen heeft voor de rentevordering van faillissementsschuldeisers. 10-05-2023