Naar boven ↑

Update

Nummer 10, 2024
Uitspraken van 03-05-2024 tot 16-05-2024
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. H.J. de Kloe, mr. E. Ayerdem, mr. R.J.H. Berghuis, mr. J.O. Bijloo, mr. S.J. van den Boogert, mr. A.D. van Dalen, mr. J. van den Dolder, mr. N. Gamliël, mr. G.P. van Hooft, mr. I.F.M. Lakwijk, mr. K.C.S. Meekes, mr. A.M.H. Nolte, mr. J.E. van Nuland, mr. W.P.IJ. Overgoor, mr. B.S. Pronk, mr. dr. S. Renssen, mr. D.R.C. Smit, mr. W.T.N. Vlasveld, mr. J.H.M. van de Wiel en mr. S. Zonneveld.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Rechtbank Gelderland 25 april 2024, INS 2024-0127, WHOA Vitesse
De rechtbank heeft op 9 april 2024 het verzoek van de ondernemingsraad (OR) van voetbalclub Vitesse tot aanwijzing van een herstructureringsdeskundige (HD) afgewezen, omdat de OR onvoldoende financiële informatie heeft verstrekt (INS 2024-0123). Het verzoek van Vitesse zelf tot aanwijzing van een HD wijst de rechtbank toe. Vanwege mogelijke belangenconflicten worden de door Vitesse aangedragen personen niet aangesteld tot HD. Een reden hiervoor is dat de zoon van een van deze personen tot 1 september 2023 keeper was bij Vitesse. De belangen van beide voorgestelde personen zijn door Vitesse aan elkaar verbonden, omdat de persoon die geen HD zou worden zou optreden als advocaat van Vitesse. De rechtbank wijst daarom iemand anders aan als HD, die haar taak doeltreffend, onpartijdig en onafhankelijk kan uitoefenen.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 16 april 2024, INS 2024-0122. Met wenk
Een curator stelt de bestuurders van een vennootschap aansprakelijk op grond van artikel 2:248, 2:9 en 6:162 BW. Het beroep van de curator op het bewijsvermoeden uit artikel 2:248 lid 2 BW slaagt niet, omdat de jaarrekening weliswaar buiten de termijn van acht dagen na vaststelling, maar binnen de termijn van twaalf maanden na het einde van het boekjaar is gepubliceerd. De aan het bestuur verweten feiten hebben wel het faillissement veroorzaakt, maar halen de drempel van 'kennelijk onbehoorlijk' en 'persoonlijk ernstig verwijt' niet. In haar wenk gaat Inge Lakwijk onder meer in op de termijn waarbinnen de jaarrekening moet zijn gepubliceerd op grond van artikel 2:394 BW in relatie tot de toepassing van artikel 2:248 lid 2 BW.

Rechtbank Overijssel 11 april 2024, INS 2024-0120
Een werknemer stelt op grond van artikel 10 Fw derdenverzet in tegen het op eigen aangifte uitgesproken faillissement van HSPro Hengelo B.V. (‘HSPro’). De rechtbank wijst het verzet toe. Er is voldoende banksaldo beschikbaar om de externe crediteuren te voldoen. Weliswaar staat er niet voldoende geld op de bankrekening om de concernschulden te betalen, maar als de debiteuren worden geïnd kunnen ook deze schulden worden voldaan. HSPro verkeert daarom naar het oordeel van de rechtbank niet in de toestand dat zij heeft opgehouden te betalen. Daarnaast blijkt uit de uitlatingen van een indirect bestuurder dat het enige doel van de eigen aangifte van het faillissement was om (gratis) van de werknemer af te komen. HSPro heeft daarmee misbruik gemaakt van haar bevoegdheid om haar eigen faillissement aan te vragen. De rechtbank vernietigt het faillissement.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates

Hof

Rechtbank