Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.
Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.
Rechtbank Overijssel 3 maart 2024, INS 2024-0099
Na verkoop van een bedrijventerrein van gedaagde 1 heeft Rabobank per abuis een bedrag van € 293.000 overgemaakt naar de rekening van een vennootschap. De vennootschap heeft dit bedrag doorgestort naar gedaagde 1, waarna de vennootschap failliet is verklaard. De curator vordert vernietiging van de betaling op grond van artikel 42 en 47 Fw. De rechtbank wijst de vorderingen van de curator af onder verwijzing naar artikel 6:34 BW, omdat gedaagde 1 recht had op dit bedrag. Door de betaling heeft de vennootschap een opeisbare schuld aan Rabobank betaald. Het beroep op artikel 47 Fw slaagt niet, omdat de betaling aan gedaagde 1 niet ten doel had om gedaagde 1 boven andere schuldeisers te begunstigen maar om een vergissing van Rabobank te corrigeren.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 25 maart 2024, INS 2024-0101. Met wenk
Een natuurlijk persoon is failliet verklaard op verzoek van De Alliantie Woonfonds B.V. (‘de Alliantie’). De schuldenaar komt in hoger beroep tegen de faillietverklaring. Het hof vernietigt het faillissement, omdat pluraliteit van schuldeisers ontbreekt. De schuldenaar is niet aansprakelijk voor een schuld van € 1,3 miljoen van haar ex-echtgenoot. Partijen zijn namelijk naar Chinees recht buiten algemene gemeenschap van goederen gehuwd. Ook is niet summierlijk gebleken dat de curator van een failliete vennootschap een vordering uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid heeft op de schuldenaar. Er is geen concrete vordering en er is een verificatievergadering gepland waar, volgens de curator in dat faillissement, opheffing van het faillissement wordt besproken. Tot slot kan de salarisvordering van de curator niet dienen als steunvordering. Op grond van artikel 15 lid 3 Fw worden de faillissementskosten namelijk ten laste van de Alliantie gebracht, omdat zij onvoldoende heeft onderzocht of daadwerkelijk sprake was van een steunvordering. Uit het BRP-uittreksel blijkt namelijk dat de schuldenaar in China was gehuwd.
Rechtbank Rotterdam 14 maart 2024, INS 2024-0100
De rechtbank homologeert een WHOA-akkoord. Niet alle klassen hebben ingestemd met het akkoord, omdat de Belastingdienst in een eigen klasse is ingedeeld en tegen het akkoord heeft gestemd. Na de stemming heeft de Belastingdienst laten weten toch in te stemmen met het akkoord. In haar uitspraak van 9 februari 2024 (ECLI:NL:RBROT:2024:2350) overweegt de rechtbank dat zij niet overgaat tot aanwijzing van een observator, hoewel dat strikt genomen wel zou moeten op grond van artikel 383 lid 4 Fw. Omdat de Belastingdienst heeft laten weten toch in te stemmen, ontbreekt het belang van de Belastingdienst als tegenstemmende klasse bij de aanstelling van een observator.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief of de website www.ins-updates.nl, dan kunt u mailen naar ins-updates@budh.nl.
Met vriendelijke groet,
Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates
Hof
Rechtbank
- Rechtbank Overijssel Een curator heeft op grond van de artikelen 42 dan wel 47 Fw betalingen vernietigd voor een bedrag van € 293.000. De betalingen zijn verricht door de inmiddels failliete vennootschap bedrijf 1 aan gedaagde 1. De curator vordert in deze procedure betaling van gedaagde 1 van dat bedrag aan de boedel. Daarnaast vordert hij veroordeling tot betaling van dit bedrag door de bestuurders van bedrijf 1. De rechtbank wijst het gevorderde af, omdat de betalingen niet onverplicht zijn verricht en overleg tussen bedrijf 1 B.V. en gedaagde 1 dat ten doel had gedaagde 1 door die betalingen boven andere schuldeisers te begunstigen niet vast komt te staan. 03-04-2024
- Rechtbank Gelderland De kantonrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet voor datum faillissement niet rechtsgeldig was en veroordeelt de curator tot betaling van een billijke vergoeding. De overige vorderingen moeten op grond van artikel 26 Fw ter verificatie worden ingediend. 25-03-2024
- Rechtbank Amsterdam Een schuldenaar wil een groepsakkoord aanbieden en vraagt in een aspectenverzoek (onder meer) om de tot uitgangspunt te nemen liquidatiewaarde en reorganisatiewaarde vast te stellen. Hoewel de rechtbank de geconsolideerd berekende waardes betrouwbaar vindt, wordt het verzoek toch afgewezen omdat er geen inzicht is gegeven in de individuele vermogenspositie van de groepsvennootschappen. 20-03-2024
- Rechtbank Rotterdam WHOA-zaak. Homologatievonnis. Belastingdienst stemt na tegenstem alsnog in met akkoord waardoor er toch geen observator wordt benoemd. 14-03-2024
- Rechtbank Amsterdam De curator maakt de (indirect) bestuurder verschillende verwijten die zien op foutief declareren van zorg. De bestuurder is aansprakelijk voor het boedeltekort van een van de failliete stichtingen op grond van artikel 2:300a jo. 2:138 BW, maar de rechtbank matigt het bedrag. De bestuurder is niet aansprakelijk voor zijn handelen bij de andere stichtingen. 06-03-2024
- Rechtbank Rotterdam De rechtbank wijst een herstructureringsdeskundige aan voor het aanbieden van een WHOA-akkoord. Ruim een jaar later wordt de aanwijzing ingetrokken, omdat alle bij het akkoord betrokken schuldeisers hebben ingestemd met het akkoord. 05-03-2024
- Rechtbank Rotterdam De rechtbank wijst het verzoek tot afkondiging van een afkoelingsperiode af, omdat niet redelijkerwijs aannemelijk is dat een akkoord buiten faillissement voor de gezamenlijke schuldeisers meer oplevert dan afwikkeling in faillissement. 21-02-2024
- Rechtbank Rotterdam Steunvordering blijkt uit een overgelegde slotbalans. Summierlijk aannemelijk is dat de geturboliquideerde vennootschap waarvan het faillissement is aangevraagd nog baten heeft. Dit volgt onder meer uit verklaringen die namens de vennootschap zijn gedaan. Ook is er mogelijk een vordering uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid, omdat de deponeringsplicht is geschonden. 08-02-2024
- Rechtbank Rotterdam De schuldenaar is in eerste aanleg veroordeeld tot betaling van ongeveer € 1 miljoen aan een debiteur van de aanvragers van het faillissement. Hiervan staat nog een bedrag van ongeveer € 650.000 open. Desondanks spreekt de rechtbank het faillissement niet uit, omdat de faillissementstoestand niet kan worden aangenomen. De schuldenaar overweegt hoger beroep tegen het vonnis waarin hij is veroordeeld tot betaling van ongeveer € 1 miljoen en de steunvordering vloeit voort uit een hypothecaire geldlening terwijl niet van achterstanden in verband met deze lening is gebleken. 02-01-2024
- Rechtbank Rotterdam Eind 2022 bezat de vennootschap activa ter waarde van € 200.000. Onduidelijk is wat hiermee is gebeurd. Er is dus summierlijk gebleken van het bestaan van baten. De rechtbank spreekt het faillissement uit van Beijeman Works B.V. 27-12-2023