Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Rechtbank Noord-Nederland 30 juli 2025, INS 2025-0165
Een failliet verzoekt op grond van artikel 15b Fw om omzetting van het faillissement in de schuldsaneringsregeling. Op grond van artikel 15b lid 3 sub b Fw had het omzettingsverzoek strikt genomen moeten worden afgewezen, omdat het faillissement is gevolgd op een beëindigde schuldsaneringsregeling. Om een onnodige extra ronde te voorkomen beoordeelt de rechtbank het verzoek inhoudelijk. De rechtbank wijst het omzettingsverzoek toe.

Rechtbank Amsterdam 9 juli 2025, INS 2025-0160
Een inmiddels overleden bestuurder is aansprakelijk gesteld door de curator in het faillissement van een vennootschap op grond van artikel 2:248 BW. Voor het beroep op disculpatie moet worden bewezen dat de bestuurder vanaf maart 2020 zijn wil niet meer kon bepalen vanwege dementie. Er zijn drie getuigen gehoord. De afgelegde verklaringen overtuigen de rechtbank niet. Daarnaast hebben de verklaringen een beperkte bewijskracht, omdat de getuigen nauw betrokken zijn en deels een eigen belang hebben. Een medische onderbouwing zoals een verklaring van behandelend artsen of een onafhankelijke deskundige ontbreekt. Ook andere verweren worden niet gevolgd, zodat de rechtbank de vorderingen van de curator toewijst.

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 10 juni 2025, INS 2025-0162
De curator van Klomp Groepsvervoer spreekt aan aantal gemeenten aan tot betaling van facturen voor leerlingenvervoer. De gemeenten doen een beroep op verrekening. Klomp heeft een bepaald keurmerk laten verlopen dat op grond van de overeenkomst met de gemeenten nodig was op straffe van boetes. De rechtbank oordeelt dat deze boetes inderdaad zijn verschuldigd en wijst het beroep van de curator op matiging af. Het beroep van de gemeenten op verrekening slaagt.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 18 maart 2025, INS 2025-0163
In deze recent gepubliceerde uitspraak komt onder meer de vraag aan de orde of ING als pandhouder een schikking mocht treffen met een debiteur ten tijde van het faillissement van de pandgever. Het hof overweegt op basis van rechtspraak van de Hoge Raad (Neo River en Megalim/Veenbloem) dat deze bevoegdheid in beginsel bij de pandgever blijft. ING meent dat zij op grond van haar algemene voorwaarden bevoegd was een schikking te treffen. Naar het oordeel van het hof heeft een dergelijke overeenkomst geen goederenrechtelijk effect. De bank had de bevoegdheid uit hoofde van lastgeving, maar door het faillissement van de pandgever is de lastgeving geëindigd (art. 7:422 lid 1 onder a BW). De schikkingsbevoegdheid van ING is daardoor vervallen.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar klantenservice@boom.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates