Naar boven ↑

Update

Nummer 8, 2025
Uitspraken van 28 maart 2025 tot 10 april 2025
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. H.J. de Kloe, mr. E. Ayerdem, mr. R.J.H. Berghuis, mr. J.O. Bijloo, mr. S.J. van den Boogert, mr. A.D. van Dalen, mr. J. van den Dolder, mr. N. Gamliël, mr. G.P. van Hooft, mr. I.F.M. Lakwijk, mr. K.C.S. Meekes, mr. A.M.H. Nolte, mr. J.E. van Nuland, mr. W.P.IJ. Overgoor, mr. B.S. Pronk, mr. dr. S. Renssen, mr. D.R.C. Smit, mr. W.T.N. Vlasveld, mr. J.H.M. van de Wiel en mr. S. Zonneveld.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe INS Update aan. Zie ook onze site met een overzichtelijke database per onderwerp van alle relevante rechtspraak: www.ins-updates.nl.

Rechtspraak
Hierbij ontvangt u de voor u geselecteerde jurisprudentie. Graag wijs ik u in het bijzonder op de volgende uitspraken.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 19 maart 2025, INS 2025-0072
Kort voor faillissement van een vennootschap heeft de bestuurder het klantenbestand gedeeld met een andere vennootschap. Deze heeft het klantenbestand op haar beurt doorgestuurd naar de gedaagde in deze zaak, die de klanten – in strijd met de waarheid – heeft aangeschreven dat zij de activiteiten van de bijna failliete vennootschap heeft overgenomen. De curator meent dat gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld tegenover de gezamenlijke schuldeisers, omdat de curator door het handelen van gedaagde geen opbrengst kon realiseren voor de goodwill. De rechtbank is het daarmee eens. De schade die kan worden toegerekend aan het onrechtmatig handelen van gedaagde wordt bepaald op 50% van de waarde van de goodwill, nu er ook andere oorzaken zijn van het ontstaan van de schade. Een van die andere oorzaken is dat de bestuurder van de failliete vennootschap kort voor het faillissement aan de klanten heeft laten weten dat de vennootschap met haar activiteiten stopt en het klantenbestand heeft gedeeld met een andere vennootschap.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 19 maart 2025, INS 2025-0063
De gedaagden in deze kwestie hadden een schuld aan een inmiddels failliete vennootschap. Deze schuld is door een groepsvennootschap van de schuldenaar overgenomen en verrekend met een vordering op de schuldenaar. De curator vordert van gedaagden betaling van de overgenomen vordering. De curator stelt onder meer dat facturen zijn vervalst om de opgezette constructie achteraf te rechtvaardigen. Ook zou de verrekening in strijd zijn met artikel 54 Fw, omdat de groepsvennootschap niet te goeder trouw zou zijn geweest bij de overname van de schuld. De rechtbank oordeelt dat de curator onvoldoende heeft onderbouwd dat sprake is van valse facturen. Ook de bewering dat de groepsvennootschap te kwader trouw zou hebben gehandeld is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd. De rechtbank wijst erop dat de groepsvennootschap in dezelfde periode substantiële investeringen deed in gefailleerde, wat niet strookt met de stelling dat de groepsvennootschap toen al wist dat het faillissement te verwachten was. 

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 18 maart 2025, INS 2025-0069
De curator van Jetten Yachting B.V. meent dat drie onvoltooide schepen nooit zijn geleverd en dus eigendom zijn gebleven van Jetten. In eerste aanleg is de vordering van de curator toegewezen. Appellant beweert dat de schepen al vóór de teboekstelling (verplicht) waren geleverd. Het hof geeft appellant een bewijsopdracht.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar juridisch@boom.nl.

Met vriendelijke groet,

Erik de Kloe
Hoofdredacteur INS Updates

Hof

Rechtbank