VSH / Curator x

Ontbreken van voldoende financiële dekking voor de proceskosten in een arbitrageprocedure leidt niet tot persoonlijke aansprakelijkheid van de curator van een (nagenoeg) lege boedel.

X/Daimler

Het aangaan van leaseovereenkomsten van een of enkele auto’s ten behoeve van de bestuurders van een bv is een rechtshandeling die in de normale uitoefening van een vennootschap pleegt te worden verricht. Voor de hoofdelijke aansprakelijkheidsstelling voor de verplichtingen uit dergelijke overeenkomsten hoeft de echtgenote van de directeur dan ook niet mee te tekenen.

Fiscale strafzaak. Verdachte heeft als gevolg van het niet voldoen aan zijn informatieverplichting jegens de curator en gelet op zijn wetenschap van het (aanstaande) faillissement, bewust de aanmerkelijke kans op benadeling van de schuldeisers doen ontstaan en aanvaard. Het hof acht bewezen dat de gefailleerde na het uitspreken van het faillissement ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeisers niet heeft voldaan aan de op hem rustende verplichting om de ingevolge artikel 3:15i BW te voeren administratie aan de curator ter beschikking te stellen, aan welke verboden gedraging verdachte feitelijk leiding heeft gegeven.

UWV/X

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens schade als gevolg van misleidende informatie in de pandakte. Onbegrijpelijk is het oordeel van het hof dat de benadeelde, buiten hetgeen hij heeft aangevoerd ter onderbouwing van causaal verband tussen misleidend handelen van de bestuurder en zijn schade, had moeten motiveren waarom hij juist bij het ontbreken van misleiding actie jegens de bestuurder zou hebben genomen.

Wynroas/B c.s.

Bestuurdersaansprakelijkheid: Beklamel-norm. De enkele omstandigheid dat de vennootschap ten tijde van het sluiten van de overeenkomst niet reeds beschikte over voldoende middelen om de overeenkomst na te komen, is voor het oordeel dat de bestuurder wist of behoorde te weten dat de vennootschap haar verplichtingen niet na zou komen niet voldoende. Het gaat ter zake ook om de vraag of een redelijke prognose is gemaakt van op korte termijn te verwachten inkomsten.

X/Lainsingh

Bestuurdersaansprakelijkheid voor door de vennootschap gepleegde fraude, nu de bestuurder de bestuurstaak volledig uit handen heeft gegeven aan een derde zonder dat zij daarbij toezicht blijft houden op het handelen van die derde en de gang van zaken binnen de onderneming. Hierdoor kan de bestuurder een ernstig verwijt worden gemaakt van het feit dat zij niet op de hoogte was van de door de vennootschap gepleegde fraude en heeft nagelaten om maatregelen te nemen om hieraan een einde te maken.

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens niet volstorten aandelen. Niet valt in te zien waarom het zo noodzakelijk was om voor de datum van oprichting uitgaven ten behoeve van de op te richten rechtspersoon te doen ten laste van een voor de oprichting geopende rekening op naam van de failliet.

Kornhaas/Dithmar

Het HvJ EU gaat voor het eerst in op de vraag welk recht toepasselijk is op een bestuurdersaansprakelijkheidsvordering ingesteld door de curator in een Duitse insolventieprocedure ten aanzien van een Engelse Limited. Het Hof oordeelt dat deze vordering onder artikel 4 van de Insolventieverordening valt, en dat dit artikel dus het toepasselijk recht op de vordering bepaalt. Tevens oordeelt het Hof, wellicht verrassend, dat de vrijheid van vestiging niet in de weg staat aan (kort gezegd) het toepassen van de onderhavige regel van Duits recht op de aansprakelijkheid van een bestuurder van een Engelse Limited.

x/ABN AMRO

Piloot die voor zijn opleiding geld heeft geleend bij ABN waarvoor een Garantiefonds voor vijf jaar borg stond, vindt dat ABN tijdens de looptijd een beroep op die borgtocht had moeten doen. Het hof ziet terecht weinig in een dergelijke plicht van de bank.

X/Merin

Appellant beroept zich op grond van het recht van Bermuda op vernietiging van een borgtochtovereenkomst wegens het ontbreken van toestemming van zijn echtgenote die destijds op Bermuda woonde. Niet gesteld is echter dat het recht van Bermuda deze vernietigingsbevoegdheid kent. De regel op Bermuda dat borgstelling door appellant niet tot gevolg kan hebben dat de schuldeiser verhaal kan nemen op goederen die behoren tot de huwelijksgemeenschap, is niet gelijk te stellen met een dergelijke vernietigingsbevoegdheid.