Zoon van bestuurders niet aansprakelijk als feitelijk beleidsbepaler
De curator stelt dat de zoon van de bestuurders van een failliete onderneming is opgetreden als feitelijk beleidsbepaler en daarom voor de toepassing van artikel 2:248 BW met een bestuurder moet worden gelijkgesteld. In een eerder gewezen tussenarrest (ECLI:NL:GHARL:2023:7627) achtte het hof dit voorshands bewezen, waarna de zoon is toegelaten tot het leveren van tegenbewijs. In dit eindarrest concludeert het hof dat de zoon in dat tegenbewijs is geslaagd. Het hof bekrachtigt (deels) het vonnis van de rechtbank, waarin de vordering van de curator werd afgewezen.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Arnhem), 31-12-2024