Klantenvergoeding wegens beëindiging agentuurovereenkomst is concurrente verifieerbare vordering
Eisers hadden gesteld dat de vordering op grond van artikel 40 Fw een boedelvordering is, omdat de vordering vergelijkbaar is met een vordering wegens kennelijk onredelijk ontslag. De kantonrechter oordeelt dat dit niet het geval is. Eisers hebben wel een verifieerbare vordering, omdat de vordering reeds besloten lag in de rechtspositie van eisers ten tijde van de faillietverklaring.
Rechtbank Overijssel (Locatie Almelo), 21-01-2025